Het centrale geloofspunt binnen het sjiisme is het geloof in de 12 Imams na Profeet Mohammad (s). Deze 12 Imams zijn degenen die de Islam na de Profeet (s) hebben moeten beschermen en verder onderwijzen. Deze 12 Imams zijn door Allah verkozen om deze taak te dragen. Zij behoren allemaal tot de Ahlalbait (as).
In het artikel over Ghadier Khum had je al kunnen lezen dat de Profeet (s) de eerste van deze 12 Imams als zijn opvolger aan. Dit was Imam Ali (as). Na Imam Ali (as) was zijn zoon Hasan (as) de Imam. Na Hasan (as) was zijn jongere broer Husain (as) de Imam. Na Husain (as) was zijn zoon Ali (as) de Imam. Dit ging door tot de twaalfde; de Mahdi (as).
In dit artikel willen wij eerst vanuit het sjiisme en het soennisme het concept van de twaalf Imams bespreken.
Vanuit het sjiisme.
We beginnen eerst met enkele sjiitische overleveringen die over de twaalf Imams spreken.
Sulaym bin Qays al-Hilali (ra):
De Profeet (s) zei: “En van mijn Ahlalbait zullen er twaalf Imams van leiding zijn. Zij allemaal nodigen uit naar het paradijs. Dit zijn Ali, Hasan, Husain en 9 nakomelingen van Husain, achterelkaar. Hun Imam en vader is Ali. En ik ben de Imam van Ali en van hen. Zij zijn met het Boek, en het Boek is met hen. Het Boek verlaat hen niet, noch verlaten zij het, totdat zij bij mij terugkeren bij de vijver.”
Bron: Kitab Sulaym, Blz. 427, # 61
Sulaym bin Qays al-Hilali (ra):
Ali (as) zei: “Ik verzoek jullie bij Allah, weten jullie dat de Profeet (s) een preek gaf, wat zijn laatste was, en zei: ‘O mensen, ik heb twee dingen met jullie achtergelaten. Jullie zullen niet dwalen als jullie je eraan vasthouden: het boek van Allah en mijn nakomelingen, mijn Ahlalbait. Allah heeft mij beloofd dat zij niet van elkaar zullen scheiden, totdat zij bij mij terugkeren bij de vijver’?” Zij zeiden: “Ja, dat hebben wij allemaal gehoord van de Profeet (s).” Ali (as) zei: “Allah is voldoende voor mij.”
Vervolgens stonden er twaalf mensen op van de Badri’s en die zeiden: “We getuigen dat toen de Profeet (s) zijn preek gaf op de dag dat hij (s) overleed, Omar bin al-Khattab boos opstond en zei: ‘O boodschapper van Allah! Jouw gehele Ahlalbait?!’ De Profeet (s) zei: ‘Nee, mijn opvolgers onder hen. Mijn broer en minister (i.e. Ali) is één van hen. Hij is mijn erfgenaam, mijn opvolger, mijn vervangende autoriteit van alle gelovigen na mij. Zo ook 11 van zijn nakomelingen.
Ali is dus de eerste van hen en de beste van hen. Daarna mijn twee zonen Hasan en Husain. Daarna de opvolger van mijn zoon, die zoals mijn broer Ali heet. Hij is de zoon van Husain. Daarna de opvolger van Ali, en dat is zijn zoon genaamd Mohammad. Daarna Ja`far bin Mohammad. Daarna Musa bin Ja`far. Daarna Ali bin Musa. Daarna Mohammad bin Ali. Daarna Ali bin Mohammad. Daarna Al-Hasan bin Ali. Daarna Mohammad bin Al-Hasan; de Mahdi van dit volk. Zijn naam is zoals mijn naam en zijn klei (waarvan hij gecreëerd is), is zoals mijn klei. Hij zal bevelen wat ik beval en verbieden wat ik verbood. Hij zal de aarde vullen met gelijkheid en rechtvaardigheid net zoals het gevuld was met onrecht en onderdrukking. Ze zullen achter elkaar regeren, de één na de ander, totdat zij bij mij terugkomen bij de vijver. Zij zijn de getuigen van Allah op aarde en Zijn bewijzen tegen de creatie. Wie hen gehoorzaamt, is gehoorzaam aan Allah, en wie hen ongehoorzaam is, is ongehoorzaam aan Allah’.”
Bron: Kitab Sulaym, Blz. 300, # 25
Al-Hurr al-`Amili:
En hij (Fadhl bin Shadhan) zei: Die en die overleverden van Abi Khaild al-Kabili, die zei: Ik kwam binnen bij mijn meester Ali bin al-Husain (as) terwijl hij in zijn handen een schrift had. Hij keek ernaar en huilde vervolgens intens, dus zei ik: “Wat is dit voor schrift?” Hij (as) zei: “Dit is het tablet dat Allah geschonken heeft aan de Profeet (s). Daarin staan de namen van Allah, Zijn boodschapper, Imam Ali, mijn oom Al-Hasan bin Ali, mijn vader, mijn naam, mijn zoon Mohammad al-Baqir, zijn zoon Ja`far al-Sadiq, zijn zoon Musa al-Kadhim, zijn zoon Ali al-Rida, zijn zoon Mohammad al-Taqi, zijn zoon Ali al-Naqi, zijn zoon Hasan al-`Askari en zijn zoon: het bewijs, degene die opkomt voor de zaak van Allah, degene die wraak neemt tegen de vijanden van Allah, degene die een lange tijd absent zal zijn en vervolgens zal verschijnen om de aarde te vullen met gelijkheid en rechtvaardigheid, net zoals het gevuld was met tirannie en onderdrukking.”
En hij (Fadhl bin Shadhan) zei: Van Fudhala bin Ayoub, van Aban bin Othman, van Mohammad bin Muslim, die zei: Abu Ja`far (as) zei: De Profeet (s) zei tegen Ali bin Abi Talib (as): “O Ali, ik heb meer autoriteit over de gelovigen dan zij over henzelf, daarna heb jij de meeste autoriteit over de gelovigen, daarna Al-Hasan, daarna Al-Husain, daarna Ali bin al-Husain, daarna Mohammad bin Ali, daarna Ja`far bin Mohammad, daarna Musa bin Ja`far, daarna Ali bin Musa, daarna Mohammad bin Ali, daarna Ali bin Mohammad, daarna Al-Hasan bin Ali en daarna het bewijs: de zoon van Al-Hasan, degene bij wie het leiderschap en het testament stopt. Hij zal een lange tijd absent zijn, waarna hij vervolgens tevoorschijn zal komen en de aarde vullen met rechtvaardigheid en gelijkheid, net zoals het gevuld was met tirannie en onderdrukking.”
Bron: Ithbat al-Hudat, Vol. 2, Blz. 243, # 811 – 812
Dit waren enkele sjiitische overleveringen over de twaalf Imams. Dan gaan we nu vanuit de soennitische overleveringen bespreken wat wij allemaal kunnen vinden over de twaalf Imams.
De Imams zijn van Quraysh.
Quraysh is het bekendste en meest statusrijke stam van de Arabieren. De Profeet (s) en zijn Ahlalbait (as) behoren ook tot deze stam. Een bekende overlevering van de Profeet (s) is dat hij zei: “De Imams zijn van Quraysh”. In deze overlevering heeft de Profeet (s) het dus over de aanwezigheid van Imams. Deze overlevering zullen we niet uitgebreid behandelen, omdat de uitspraak van Ibn Hajar al-`Asqalani hieronder voldoende zal zijn.
Ibn Hajar al-`Asqalani:
حديث: “الأئمة من قريش” ، النسائي عن أنس، ورواه الطبراني في الدعاء، والبزار والبيهقي من طرق عن أنس قلت: وقد جمعت طرقه في جزء مفرد عن نحو من أربعين صحابيا
De overlevering: “De Imams zijn van Quraysh”, is overgeleverd door Al-Nasa’i van Anas, en door Al-Tabarani in Al-Du`a, en door Al-Bazzar en Al-Bayhaqi via Anas. Ik heb de overleveringsroutes verzameld in een aparte volume van ongeveer 40 metgezellen.
Bron: Talkhies al-Habier
De twaalf Imams vanuit het soennisme.
Dan nu de soennitische overleveringen over de twaalf Imams. Uiteraard, zoals je kunt verwachten, wordt hun identiteit in de soennitische overleveringen niet bekend gemaakt. Maar hier komen wij aan het eind van het artikel en in de volgende artikelen op terug.
Al-Bukhari (256 h):
Van Abd al-Malik, van Jabir bin Samura, die zei: Ik hoorde de Profeet (s) zeggen: “Er zullen 12 prinsen zijn.” Vervolgens zei hij (s) iets wat ik niet hoorde, dus zei mijn vader: “Zij allemaal zijn van Quraysh.”
Bron: Sahih al-Bukhari, Blz. 1784, # 7222 / 7223
Muslim bin al-Hajjaj (261 h):
Van Abdallah, die zei: De Profeet (s) zei: “Dit leiderschap zal blijven binnen Quraysh, zelfs als er maar twee mensen overbleven.”
Van Husain, van Jabir bin Samura, die zei: Ik ging samen met mijn vader naar binnen bij de Profeet (s) en ik hoorde hem (s) zeggen: “Deze religie zal niet eindigen totdat er 12 leiders (khaliefatan) zijn geweest.” Vervolgens zei hij (s) iets wat ik niet hoorde. Ik zei tegen mijn vader: “Wat zei hij?” Mijn vader zei: “Zij allen zijn van Quraysh.”
Van Abd al-Malik bin Omair, van Jabir bin Samura, die zei: Ik hoorde de Profeet (s) zeggen: “De religie van de mensen zal niet eindigen totdat er 12 mannen over hen hebben geregeerd.” Vervolgens zei de Profeet (s) iets wat ik niet hoorde, dus vroeg ik mijn vader: “Wat zei de Profeet (s)?” Hij zei: “Zij allen zijn van Quraysh.”
Van Simak bin Harb, van Jabir bin Samura, die zei: Ik hoorde de Profeet (s) zeggen: “De Islam zal machtig blijven totdat er 12 leiders zijn geweest.” Vervolgens zei hij (s) iets wat ik niet begreep, dus zei ik tegen mijn vader: “Wat zei hij?” Hij zei: “Zij allen zijn van Quraysh.”
Van Al-Shi`bi, van Jabir bin Samura, die zei: Ik vertrok naar de Profeet (s) en mijn vader was met mij. Ik hoorde de Profeet (s) zeggen: “Deze religie zal machtig en onoverwinnelijk blijven totdat er 12 leiders zijn geweest.” Vervolgens zei hij iets wat ik wegens de lawaai van de mensen niet kon horen. Dus ik zei tegen mijn vader: “Wat zei hij?” Hij zei: “Zij allen zijn van Quraysh.”
Van Sa`d bin Abi Waqqas, die zei: Ik schreef een brief naar Jabir bin Samura, samen met mijn dienaar Nafi`, over dat hij mij moet vertellen over iets wat hij gehoord heeft van de Profeet (s). Hij schreef terug naar mij: “Ik hoorde de Profeet (s) zeggen op de dag van het vrijdagsgebed: ‘Deze religie zal blijven voortbestaan tot aan de Dag der Opstanding, terwijl jullie geregeerd zullen worden door 12 leiders. Zij allen zijn van Quraysh’.”
Bron: Sahih Muslim, Blz. 882 – 883, # 1818 – 1822
Al-Tirmidhi (279 h):
Van Simak bin Harb, van Jabir bin Samura, die zei: De Profeet (s) zei: “Er zullen 12 prinsen zijn ná mij.” Vervolgens zei hij iets wat ik niet begreep, dus vroeg ik mijn vader en hij zei: “Zij allen zijn van Quraysh.”
Al-Albaani: “Sahih (authentiek).”
Al-Tirmidhi: “Deze overlevering is hasan sahih (goed en authentiek).”
Bron: Sahih Sunan al-Tirmidhi, Vol. 2, Blz. 484, # 2223
Abu Dawud (275 h):
Van Abi Khalid, van Jabir bin Samura, die zei: Ik hoorde de Profeet (s) zeggen: “Deze religie zal blijven voortbestaan totdat er 12 leiders over jullie hebben geregeerd. Het volk zal het over hen allen eens zijn.” Vervolgens hoorde ik iets van de Profeet (s) wat ik niet begreep, dus zei ik tegen mijn vader: “Wat zegt hij?” Hij zei: “Zij allen zijn van Quraysh.”
Al-Albaani: “Sahih (authentiek), maar zonder de uitspraak: ‘het volk zal het over hen allen eens zijn’.“
Van `Amir, van Jabir bin Samura, die zei: Ik hoorde de Profeet (s) zeggen: “Deze religie zal machtig blijven totdat er 12 leiders zijn geweest.” Vervolgens riepen de mensen ‘Allahu Akbar’ en maakten lawaai. De Profeet (s) zei vervolgens iets op een rustige toon. Ik zei tegen mijn vader: “O vader, wat zei hij?” Hij zei: “Zij allen zijn van Quraysh.”
Al-Albaani: “Sahih (authentiek).”
Bron: Sahih Sunan Abi Dawud, Vol. 3, Blz. 13, # 4279 – 4280
Ahmad bin Hanbal (241 h):
Van Al-Aswad bin Sa`id al-Hamadani, van Jabir bin Samura, die zei: Ik hoorde de Profeet (s) zeggen: “Na mij zullen er 12 leiders zijn, zij allemaal zijn van Quraysh.” Vervolgens keerde hij (s) terug naar zijn huis. Quraysh ging naar hem toe en vroegen: “Wat gebeurt er daarna?” Hij (s) zei: “Daarna zal er harj (moord) zijn.”
Ahmad Mohammad Shakir: “De overleveringsketen is sahih (authentiek).”
Van Simak bin Harb, van Jabir bin Samura, die zei: De Profeet (s) zei: “Er zullen 12 prinsen zijn ná mij.” Vervolgens weet ik niet wat hij zei, dus vroeg ik alle aanwezigen en die zeiden. “Hij zei: ‘Zij allen zijn van Quraysh’.”
Ahmad Mohammad Shakir: “De overleveringsketen is sahih (authentiek).”
Bron: Musnad, Vol. 15, Blz. 344, # 20750 – 20752
Ali bin al-Ja`d (230 h):
Van Simak bin Harb, Ziyad bin `Alaqa en Husain bin Abd al-Rahman, die allemaal van Jabir bin Samura overleverden, dat de Profeet (s) zei: “Na mij zullen er 12 prinsen zijn.”
Van Al-Aswad bin Sa`id al-Hamadani, van Jabir bin Samura, die zei: Ik hoorde de Profeet (s) zeggen: “Na mij zullen er 12 leiders zijn, zij allemaal zijn van Quraysh.” Vervolgens keerde hij (s) terug naar zijn huis. Quraysh ging naar hem toe en vroegen: “Wat gebeurt er daarna?” Hij (s) zei: “Daarna zal er harj (moord) zijn.”
Bron: Musnad, Blz. 957 – 958, # 2754 & 2756
Abu Dawud al-Tayalisi (204 h):
Van Simak bin Harb, van Jabir bin Samura, die zei: Ik hoorde de Profeet (s) zeggen: “De Islam zal machtig blijven totdat er 12 leiders zijn geweest.” Vervolgens zei hij (s) iets wat ik niet begreep, dus zei ik tegen mijn vader: “Wat zei de boodschapper van Allah?” Hij zei: “Zij allen zijn van Quraysh.”
Abd al-Mohsin al-Turki: “De overlevering is sahih (authentiek).”
Bron: Musnad, Vol. 2, Blz. 127, # 804
Wat opvalt aan deze overleveringen hierboven is dat de overleveraar telkens zegt dat hij iets niet hoorde. De vader van de overleveraar zegt dan vervolgens dat deze 12 Imams allemaal van Quraysh zullen zijn. In de volgende artikelen zullen we hier dieper op ingaan, aangezien het een verborgen waarheid bevat.
Zoals het aantal leiders van Bani Isra’il.
Ahmad bin Hanbal overleverde ook nog een andere soort overlevering van de Profeet (s) over de twaalf Imams. Deze is hieronder te lezen.
Ibn Hajar:
أخرجه أحمد والبزار من حديث ابن مسعود بسند حسن ” أنه سئل كم يملك هذه الأمة من خليفة ؟ ” فقال : سألنا عنها رسول الله صلى الله عليه وسلم فقال ” اثنا عشر كعدة نقباء بني إسرائيل
Ahmad en Al-Bazzar hebben met een hasan (goede) overleveringsketen overgeleverd van Ibn Mas`oud, dat hij gevraagd werd: “Hoeveel leiders zullen over dit volk regeren?” Ibn Mas`oud zei: We vroegen de Profeet (s) daarover en hij (s) zei: “Twaalf, zoals het aantal leiders van Bani Isra’il.”
Bron: Fat’h ul-Bari
Na`im bin Hammad (228 h):
Van Abdallah bin Mas`oud, die zei: De Profeet (s) zei: “Er zullen na mij evenveel leiders zijn als het aantal leiders van Musa.”
Van Shi`bi, van Jabir bin Samura, die zei: De Profeet (s) zei: “Deze religie zal machtig blijven totdat er 12 leiders zijn geweest. Zij allen zijn van Quraysh.”
Bron: Kitab ul-Fitan, Blz. 95, # 224 – 225
Ibn Abi Shayba (235 h):
Van Masrouq, die zei: Er kwam een man naar Abdallah bin Mas`oud en zei: “Heeft jullie profeet jullie verteld hoeveel leiders er zullen zijn na hem?” Hij zei: “Ja, zoals het aantal leiders van Musa.”
`Adil bin Yusuf al-Ghazawi: De overleveringsketen is da`if (zwak), maar hasan (goed) wegens ondersteunend bewijs. Deze overlevering is overgeleverd door Ahmad, Al-Bazzar en Abu Ya`la via Mujalid. Al-Haythami zei in Majma`: “In de overleveringsketen zit Mujalid, en die is betrouwbaar verklaard door Al-Nasa’i, en zwak verklaard door de meerderheid. De rest van de overleveraars zijn betrouwbaar.” Ik zeg: De betekenis van de overlevering is sahih (authentiek).
Bron: Musnad, Vol. 1, Blz. 187, # 274
De overlevering over de twaalf leiders van Musa is een referentie naar een vers uit de Koran.
وَلَقَدْ أَخَذَ اللَّهُ مِيثَاقَ بَنِي إِسْرَائِيلَ وَبَعَثْنَا مِنْهُمُ اثْنَيْ عَشَرَ نَقِيبًا ۖ وَقَالَ اللَّهُ إِنِّي مَعَكُمْ ۖ لَئِنْ أَقَمْتُمُ الصَّلَاةَ وَآتَيْتُمُ الزَّكَاةَ وَآمَنتُم بِرُسُلِي وَعَزَّرْتُمُوهُمْ وَأَقْرَضْتُمُ اللَّهَ قَرْضًا حَسَنًا لَّأُكَفِّرَنَّ عَنكُمْ سَيِّئَاتِكُمْ وَلَأُدْخِلَنَّكُمْ جَنَّاتٍ تَجْرِي مِن تَحْتِهَا الْأَنْهَارُ ۚ فَمَن كَفَرَ بَعْدَ ذَٰلِكَ مِنكُمْ فَقَدْ ضَلَّ سَوَاءَ السَّبِيلِ
En Allah had een verbond gesloten met de kinderen van Israel, en Wij kozen twaalf leiders uit hun midden. En Allah zei: “Voorzeker, Ik ben met jullie. Indien jullie het gebed onderhouden en de zakat betalen en in Mijn boodschappers geloven en hen bijstaan en aan Allah’s (dienst) een goede lening verstrekken, dan zal Ik jullie zonden van jullie verwijderen en jullie in tuinen doen treden, waaronder rivieren stromen. Maar wie van jullie daarna ongelovig wordt, die is inderdaad van het (rechte) pad afgedwaald.” [5.12]
Een samenvatting tot nu toe.
Een samenvatting van de bovenstaande soennitische overleveringen ziet er als volgt uit:
- De leiders na de Profeet (s) zijn er twaalf.
- De gehele islamitische bevolking zal het eens zijn over hun leiderschap.
- De Islam zal niet eindigen totdat deze twaalf leiders geregeerd hebben.
- De Islam zal machtig en onoverwinnelijk blijven tijdens de regering van deze twaalf.
- Jabir bin Samura hoorde iets niet.
- Allen zijn van Quraysh.
- Na deze twaalf leiders zal er harj (moord) zijn.
In het tweede deel van dit artikel zullen we ingaan op de laatste 6 punten. We gaan verder met een andere reeks overleveringen die iets vermelden over de leiders ná de Profeet (s).
De rechtgeleide leiders.
Er zijn andere overleveringen te vinden over bepaalde leiders, waarover de Profeet (s) specifiek en nadrukkelijk gezegd heeft dat wij hen moeten volgen. De Profeet (s) legde hier zo een nadruk op, dat hij zei dat wij met onze tanden moeten vastbijten in deze leiders.
Abu Dawud:
Van Abd al-Rahman bin `Amr al-Sulami en Hujr bin Hujr, die beiden zeiden: We kwamen bij Al-`Irbadh bin Sariya. Wij begroetten hem en zeiden: “We zijn naar jou gekomen als bezoekers om beterschap te schenken en om voordeel te treffen.” Al-`Irbadh zei: “Op een dag leidde de Profeet (s) ons in het gebed. Vervolgens draaide hij om naar ons en gaf ons een serieuze vermaning, waarvan de ogen moesten huilen en de harten begonnen te vrezen. Iemand zei vervolgens: “O boodschapper van Allah, het lijkt alsof deze vermaning een afscheid was. Dus wat beveelt u ons?” Hij (s) zei: “Ik beveel jullie om Allah te vrezen en om gehoorzaam te zijn, ook al is het een slaaf uit Ethopië. Want degene van jullie die na mij zal leven, zal veel onenigheid zien. Dus jullie moeten mijn sunna en de sunna van de rechtgeleide leiders volgen. Houd er aan vast en bijt met jullie tanden erin. En pas op voor nieuwe zaken, want ieder nieuwe zaak is een innovatie, en elke innovatie is een dwaling.”
Shu`aib al-Arna’out: “De overlevering is sahih (authentiek), en deze overleveringsketen is hasan (goed). En deze overlevering is sahih verklaard door Al-Tirmidhi, Al-Bazzar, Al-Hakim, Ibn Abd al-Barr, Al-Diya’ Al-Maqdisi, Al-Harawi, Al-Dhahabi en Ibn Rajab al-Hanbali. En Bukhari en Muslim hebben deze overlevering niet laten zitten omdat zij het ontkennen. – En het heeft een andere route, van Ibn Abi `Asim in zijn Sunna, en Al-Tabarani, en die overleveringsketen is hasan (goed). Dus deze overlevering, wegens deze gezamenlijke overleveringsketens, stijgt zonder twijfel naar het oordeel van sahih (authentiek).”
Bron: Sunan Abi Dawud, Vol. 7, Blz. 16 – 17, # 4607
“Dus jullie moeten mijn sunna en de sunna van de rechtgeleide leiders volgen.”
Deze uitspraak van de Profeet (s) laat zien dat er geen verschil is tussen de sunna van hem (s) en de sunna van deze rechtgeleide leiders. Indien er wel verschil zat, dan zou hij (s) ons niet bevolen hebben om ons vast te houden aan de sunna van deze leiders. Sterker nog, de gehele reden waarom wij ons moeten vasthouden aan de sunna van deze leiders, is omdat er veel onenigheid zal ontstaan na de dood van de Profeet (s). En deze rechtgeleide leiders zijn de enige personen die de exacte sunna van de Profeet (s) zullen nadragen.
Het is vrijwel logisch om te weten dat deze leiders, die dezelfde sunna hebben als de sunna van de Profeet (s), naar de twaalf leiders refereren. De Profeet (s) zei: “De Islam zal machtig blijven totdat er 12 leiders zijn geweest.” En ook: “Er zullen 12 prinsen zijn ná mij.” En ook: “Deze religie zal blijven voortbestaan totdat er 12 leiders over jullie hebben geregeerd.”
Deze twee overleveringen sluiten op elkaar aan. Beide overleveringen spreken namelijk over leiders. Het verschil tussen de overleveringen is dat er in de ene overlevering verteld wordt hoeveel het er zijn, en dat er in de andere overlevering verteld wordt wat voor leiders het zijn (i.e. rechtgeleid). Als deze overleveringen gekoppeld worden, kom je tot de conclusie dat er na de Profeet (s) 12 rechtgeleide leiders zullen zijn, wier sunna hetzelde is als zijn sunna.
Nog een laatste bron en dan sluiten we het af.
Ibn Maja:
# 40 – [Zelfde overlevering als hierboven].
Al-Albaani: “Sahih (authentiek).”
# 41 – [Ongeveer dezelfde overlevering als hierboven].
Al-Albaani: “Sahih (authentiek).”
# 42 – En via een derde route: De Profeet (s) leidde ons in het ochtendgebed. Vervolgens keerde hij naar ons om en gaf ons een serieuze vermaning. [De rest is hetzelfde].
Al-Albaani: “Sahih (authentiek).”
Bron: Sunan Ibn Maja, Vol. 1, Blz. 31 – 33, 42 – 44
Een cruciale opmerking.
De soennitische overleveringen in dit artikel zijn allemaal betrouwbaar en authentiek verklaard door de soennitische geleerden. Dat is één. Maar… wat ben je nu wijs geworden van al deze overleveringen? Het enige wat je nu weet is dat er 12 leiders zijn van Quraysh die een identieke sunna hebben als de sunna van de Profeet (s) en dus gevolgd moeten worden.
Hetgeen wat zo enorm opvallend is, is dat er in geen enkele overlevering hierboven vermeld wordt wie deze leiders nou zijn. De Profeet (s) vertelt ons slechts dat er zulke leiders zullen zijn, maar verder is het een raadsel. Is het mogelijk dat de Profeet (s) slechts zegt dat er leiders zullen zijn en het vervolgens daar bij laat? De Profeet (s) waarschuwt ons voor dwaling, vertelt vervolgens dat er leiders zijn waar je aan moet vasthouden, maar vertelt uiteindelijk niet wie deze leiders zijn? Je mag het dus maar gaan uitzoeken? Klinkt dit logisch?
Ook de overlevering van Jabir bin Samura, waarin hij zegt: “Vervolgens zei de Profeet (s) iets wat ik niet hoorde.” Wat was datgeen wat Jabir bin Samura niet hoorde? Zijn vader zei vervolgens dat de Profeet (s) zei: “Zij allen zijn van Quraysh.” Hoe helpt dit om te kunnen bevestigen wie de twaalf leiders nou zijn? Quraysh bestond uit duizenden mensen.
Sterker nog, is het mogelijk dat de metgezellen zelf niet vragen: “O Profeet, wie zijn die twaalf leiders?” Of: “O Profeet, wie zijn die rechtgeleide leiders?” De metgezellen zelf waren gigantisch nieuwsgierig van aard. Lees bijvoorbeeld de overleveringen van Khaybar nogmaals. De Profeet (s) zei tegen zijn metgezellen dat hij de volgende morgen de vlag zal schenken aan een metgezel die de strijd tegen het vijandelijke leger zal winnen. Iedere metgezel kon niet wachten om te weten wie die persoon zou zijn. Dit is slechts een slagveld, een vlag. Hoe nieuwsgierig zouden de metgezellen wel niet zijn als het over daadwerkelijke leiderschap gaat na de dood van de Profeet (s)?
Dit is waar het soennisme faalt. Enorm veel overleveringen over het leiderschap, maar geen één die ons iets vertelt over wie die leiders nou zijn na de Profeet (s). Waarom is dit verborgen gehouden? Vanwaar deze geheimzinnigheid?
Van alle overleveringen over het leiderschap is er slechts één overlevering binnen het soennisme, die wij al in het artikel over Ghadier Khum uitgebreid besproken hebben, waarin de Profeet (s) het leiderschap aan bepaalde personen toekent. Dit is de enige overlevering waarin personen genoemd worden als leiders. Hieronder slechts één voorbeeld van de flinke hoeveelheid overleveringen die in soennitische bronnen te vinden zijn over deze gebeurtenis in Ghadier Khum.
Al-Albaani:
Van Zayd bin Thabit, dat de Profeet (s) zei: “Ik laat met jullie twee leiders (khalifatayn) achter; het boek van Allah – dat een uitgestrekt touw is tussen de hemelen en de aarde – en mijn nakomelingen, mijn Ahlalbait. Zij zullen niet van elkaar scheiden totdat zij bij mij terugkeren bij de vijver (in het paradijs).” Overgeleverd door Ahmad in zijn Musnad, en Al-Tabarani in zijn Kabir.
“Sahih (authentiek).”
Van Zayd bin Arqam, dat de Profeet (s) zei: “Ik laat met jullie iets achter dat indien jullie eraan vasthouden, jullie nooit zullen dwalen na mij. Eén van hen is groter dan het ander: het boek van Allah – dat een uitgestrekt touw is vanuit de hemelen tot de aarde – en mijn nakomelingen, mijn Ahlalbait. Zij zullen niet van elkaar scheiden totdat zij bij mij terugkeren bij de vijver (in het paradijs). Dus kijk maar hoe jullie hen na mij zullen behandelen.” Overgeleverd door Al-Tirmidhi.
“Sahih (authentiek).”
Bron: Sahih al-Jami` al-Saghir, Vol. 1, Blz. 482, # 2457 – 2458
Dit is de enige soort overlevering van alle overleveringen waar de Profeet (s) het heeft over leiderschap e.d., waarin hij wel de leiders omschrijft. In alle andere overleveringen over leiderschap is alles verborgen. Maar zelfs in deze overlevering hierboven is nog niet alles helder. Wie zijn namelijk deze nakomelingen, deze Ahlalbait? Is het logisch dat de Profeet (s) ook hier verzuimt te vermelden wie deze personen zijn?
Het antwoord op wie deze personen zijn, is uiteraard te vinden in soennitische bronnen, zoals ook in de vorige artikelen op deze pagina besproken is. Hier kwam naar voren dat Ali, Fatima, Hasan en Husain de Ahlalbait (as) zijn. Maar blijft het alleen hierbij? Is er ná de jongste lid van de Ahlalbait; Husain, geen nakomeling meer die samen met de Koran de moslims zal leiden?
Waarom zouden we gewoon niet direct een sjiitische bron erbij pakken die alles helder verklaart? Het is namelijk best frustrerend om meer dan 10 overleveringen bijeen te rapen uit soennitische bronnen om eindelijk tot een antwoord te komen. Dus bij deze een sjiitische bron.
Al-Mahouzi:
Al-Sadouq overleverde van die en die, van Al-Husain (as), die zei: Een man vroeg Imam Ali (as) over de betekenis van de uitspraak van de Profeet (s): “Ik laat twee belangrijke dingen met jullie achter: het Boek van Allah en mijn familie.” De man vroeg: “Wie is de familie?” Ali (as) zei: “Ik, Al-Hasan, Al-Husain, en de 9 Imams van de nakomelingen van Al-Husain. De negende van hen is de Mahdi, degene die in opstand zal komen. Zij scheiden niet van het Boek van Allah, noch scheidt het Boek van hen, totdat zij beiden terugkeren bij de Profeet (s) bij zijn vijver.”
Overgeleverd in Ma`ani al-Akhbar, en de overleveringsketen is sahih (authentiek), en de overleveraars zijn betrouwbaar. De betrouwbare expert Fadhl bin Shadhan heeft het overgeleverd in zijn Kitab al-Raj`a, van Ibn Abi `Amri. En Al-Hurr al-`Amili heeft het van hem vermeld in zijn Ithbat ul-Hudat.
Bron: Hadith al-Thaqalayn, Blz. 120
Het is nu niet meer zo ver gegrepen om te geloven dat de twaalf leiders allemaal afkomstig zijn van de Ahlalbait en dat hun sunna gelijk staat aan de sunna van de Profeet (s), aangezien de Ahlalbait (as) met de Koran gelijk staan en samen met de Koran als de twee leiders zijn genoemd door de Profeet (s). Via een flinke omweg binnen het soennisme beland je bij de Ahlalbait (as), maar waarom is die omweg er toch altijd binnen het soennisme?